Onderzoek
Radiologie is het specialisme dat zich bezighoudt met het opsporen van de aard en de plaats van een afwijking, letsel, aandoening of ziekte. Dit gebeurt met apparaten die röntgenstralen, geluidsgolven en magneetvelden gebruiken. Bijvoorbeeld een CT-scan, MRI-scan of echo. De radiologen zijn gespecialiseerd in het beoordelen van beelden die van het lichaam zijn gemaakt. Op basis daarvan stellen zij de diagnose en maken een verslag voor de aanvragend arts
Naast het beoordelen van röntgenfoto’s, doen de radiologen ook interventies. Dat wil zeggen dat zij puncties doen en biopten afnemen van bijvoorbeeld tumoren.
Röntgenfoto
Een röntgenfoto is een foto van de binnenkant van uw lichaam. De foto wordt gemaakt op de afdeling radiologie. Het maken van een foto duurt korter dan een seconde. Er wordt heel weinig straling gebruikt voor een foto.
Echo
Echografie is een techniek om een lichaamsdeel in beeld te brengen door middel van geluidsgolven. Het apparaat zendt onhoorbare geluidsgolven uit die weerkaatsen in uw lichaam. Hierdoor ontstaat een beeld op de monitor. De radioloog brengt wat gel aan op de huid op de plek die in beeld gebracht wordt, en glijdt met het apparaatje over de huid. Indien de arts een afwijking vindt, kan hij ervoor kiezen direct een biopsie of punctie af te nemen.
Mammografie
Een mammografie is een röntgenfoto van de borst(en). De borst wordt tussen twee platen gelegd die de borst plat drukken. Zo wordt het borstweefsel verspreid en worden eventuele afwijkingen zichtbaar op beeld.
De laborant maakt van iedere borst minstens twee foto’s: één van boven en één van opzij. Veel vrouwen ervaren dit samendrukken als vervelend of soms pijnlijk. De laborant probeert zoveel mogelijk rekening met u te houden. De druk houdt een paar seconden aan.
Biopt
Een biopsie is een afname van een klein stukje weefsel (biopt). Als er verdenking is van een bepaalde aandoening, bijvoorbeeld kanker of een ontstekingsziekte, dan kan het zijn dat de arts een ‘hapje’ weefsel laat wegnemen. De patholoog onderzoekt dit stukje weefsel vervolgens in het laboratorium.
Punctie
Een punctie is een onderzoek waarbij met een holle naald weefsel of vocht uit de afwijking wordt genomen. Bij een punctie prikt de radioloog u met een dunne naald in een afwijking. De 'opgezogen' cellen gaan vervolgens voor onderzoek naar het laboratorium.
MRI
Een MRI-scan is een onderzoek waarbij we afbeeldingen van organen en weefsels maken. Door radiogolven in combinatie met een grote, sterke magneet ontstaan signalen in het lichaam die de computer weer opvangt met een antenne en verwerkt tot een afbeelding. Er komen dus geen röntgenstralen aan te pas. Met een MRI-scan is het mogelijk om een lichaamsdeel plakje voor plakje weer te geven. U gaat hiervoor op een bed liggen die in een tunnel geschoven wordt. De scan maakt veel lawaai. Daarom krijgt u een koptelefoon met muziek op. Er zijn geen schadelijke effecten van de MRI-scan bekend. Soms is het nodig om een contrastmiddel per infuus toe te dienen. Dit zorgt ervoor dat u vaten beter zichtbaar zijn op de scan. U kunt hierdoor een warm gevoel in uw lichaam krijgen, een droge mond krijgen en aandrang om te plassen.
CT scan
Een CT-scan is een röntgenapparaat dat een serie foto’s maakt. Met een CT-scan kun je een lichaamsdeel plakje voor plakje weergeven. Er ontstaat een 3D-beeld, waardoor de vorm, grootte en structuur van de organen en bloedvaten goed te zien zijn. Soms is het nodig om een contrastmiddel per infuus toe te dienen. Dit zorgt ervoor dat uw vaten beter zichtbaar zijn op de scan. Door deze vloeistof kunt u een warm gevoel in uw lichaam krijgen, een droge mond krijgen en aandrang om te plassen.
PET scan
Een PET-CT scan met 18F-FDG wordt gebruikt om de suikerstofwisseling in beeld te brengen. 18F-FDG (fluordeoxyglucose) is een radioactief gemaakt suiker waarvan een kleine hoeveelheid via een infuus in de bloedbaan wordt gespoten. De meeste tumoren en ontstekingsprocessen hebben een verhoogde suikerstofwisseling en kunnen daarom door de PET-scanner in beeld gebracht worden. Tijdens het onderzoek wordt ook een CT-scan gemaakt, deze geeft extra informatie over de locatie van de eventuele afwijking. De kleine hoeveelheid radioactiviteit wordt via de nieren uitgescheiden.
Scopie ; EUS/EBUS
EBUS:
Bij een endo-echografie (=EBUS) vanuit de luchtwegen wordt via uw mond een bronchoscoop (dunne flexibele slang) in de luchtpijp gebracht. Aan het einde van deze bronchoscoop zit een kleine camera en een echoapparaatje, dat geluidsgolven uitzendt. Hiermee worden lymfeklieren zichtbaar gemaakt. Voorafgaand aan het onderzoek krijgt u een slaapmiddel (sedatie) toegediend. Het onderzoek wordt uitgevoerd door een longarts. Deze wordt tijdens het onderzoek bijgestaan door 2 endoscopielaboranten en een sedationist. Zij geven u vlak voor en tijdens het onderzoek toelichting en aanwijzingen.
Een endo-echografie (= EUS) is een onderzoek waarbij inwendige beeldopnamen worden gemaakt vanuit de slokdarm, maag of twaalfvingerige darm. De opnamen worden gemaakt met behulp van onhoorbare geluidsgolven (echografie). Het maken van de opnamen is daarom geheel onschadelijk.
De echo-opnamen worden 'van binnenuit' gemaakt. De arts brengt een flexibele slang (= endoscoop) via uw mond en slokdarm naar uw maag. Aan het uiteinde van de endoscoop zit een echoapparaatje en een kleine camera die de opnamen maakt.
Colonscopie
Een coloscopie is een inwendig onderzoek waarbij de gehele dikke darm en vaak het laatste stukje van de dunne darm bekeken worden. Het onderzoek wordt verricht met behulp van een endoscoop; een flexibele, bestuurbare slang waarin een camera bevestigd is. Deze wordt via de anus ingebracht. De endoscoop en camera zijn verbonden met een beeldscherm, zodat de arts uw darmen nauwkeurig kan bekijken. Het onderzoek wordt uitgevoerd door een maag-darm-leverarts (MDL-arts).
Gastroscopie
Een gastroscopie is een inwendig onderzoek waarbij achtereenvolgend de slokdarm (oesophagus), maag (gastro) en het eerste gedeelte van de dunne darm (duodenum) bekeken worden. Het onderzoek wordt verricht met behulp van een endoscoop; een flexibele, bestuurbare slang waarin een camera bevestigd is. Deze wordt via de mond ingebracht. De endoscoop en camera zijn verbonden met een kleurenmonitor zodat de arts de beelden nauwkeurig kan bekijken.
Het onderzoek wordt uitgevoerd door een maag-darm-leverarts (MDL-arts). Deze wordt tijdens het onderzoek bijgestaan door één of meerdere endoscopielaboranten. Zij zullen u vlak voor en tijdens het onderzoek zoveel mogelijk toelichting en aanwijzingen geven.