De arts heeft u een behandeling met zoledroninezuur via een infuus voorgeschreven. Het doel van de behandeling is het voorkomen van botbreuken.

Gezonde botten

Botten bestaan uit verschillende cellen die steeds oud en beschadigd botweefsel afbreken en vervangen door nieuw botweefsel. Er is sprake van gezonde botten als het proces van botopbouw en botafbraak in evenwicht is.  

Osteoporose

Osteoporose wordt ook wel botontkalking genoemd. Bij osteoporose zijn de botten zwakker en minder stevig, waardoor ze makkelijker breken. Een botbreuk door osteoporose komt vaak voor in de wervels, de pols of de heup. Soms kan ook een ander bot breken. 

Het effect van zoledroninezuur

Zoledroninezuur is een zogenaamd bisfosfonaat. Zoledroninezuur is een medicijn dat zich hecht aan het botweefsel en remt hierdoor de botafbraak. Dit maakt de botten sterker. Uit onderzoek blijkt dat zoledroninezuur het risico op nieuwe botbreuken flink verlaagt.

Wanneer te gebruiken?

Het medicijn wordt gebruikt bij de volgende aandoeningen: 

• Bij botontkalking (osteoporose), met als doel het voorkomen van botbreuken en/of wervelinzakkingen.

• Bij bepaalde vormen van kanker, waarbij botuitzaaiingen (metastasen) zijn geconstateerd.

• Bij botkanker.

• Bij een behandeling om de hoeveelheid calcium in uw bloed te verminderen.
   

Redenen om zoledroninezuur niet te gebruiken

• Bij een sterk verminderde werking van de nieren.

• Bij een lage calciumwaarde in het bloed.

• Voor vrouwen: als u zwanger wilt worden, als u zwanger bent, of als u borstvoeding geeft.

Wat moet er gebeuren voordat u een zoledroninezuur-infuus kunt krijgen? 

Voordat de behandeling begint, moeten we weten hoe goed uw nieren werken en wat uw calciumgehalte is. U krijgt een laboratoriumformulier van uw arts. Laat het laboratoriumonderzoek een week voor uw afspraak doen. De uitslag van uw nierfunctie is zes maanden geldig.

Als uw behandeling meerdere infuusafspraken omvat, dan krijgt u van de verpleegkundige van het dagcentrum een nieuw laboratoriumformulier voor uw volgende afspraak.

Mogelijke bijwerkingen

De bijwerkingen kunnen binnen drie dagen na de behandeling ontstaan en een paar dagen aanhouden. De klachten zijn: 

• Hoofdpijn.

• Spier- en/of gewrichtspijn.

• Soms koorts.

Bijwerkingen komen vooral na de eerste behandeling voor. Bij volgende behandelingen kunnen de klachten veel minder zijn. Paracetamol kan helpen om de klachten te verminderen.

Zeldzame bijwerkingen: 

• Sufheid en slaperigheid kunnen optreden, dus wees voorzichtig met verkeer, bezigheden in en rond het huis, en het bedienen of besturen van machines.

• Een zeer zeldzame bijwerking is een botbreuk in het bovenbeen. Neem contact op met uw arts als u pijn in de bovenbenen krijgt na het starten van de behandeling.

• Ontsteking van het kaakbot is ook een zeer zeldzame bijwerking. Dit kan ontstaan of verergeren na een tandartsbehandeling. Zorg voor een goede mondhygiëne en regelmatige tandartscontroles voor en tijdens de behandeling.Als u last heeft van mondproblemen zoals loszittende tanden, pijn of zwelling, neem dan contact op met uw tandarts.Krijgt u een behandeling bij de tandarts of kaakchirurg? Vertel dan altijd dat u zoledroninezuur gebruikt.

Toedienen medicijn

V oor de behandeling wordt u ongeveer twee uur opgenomen op de verpleegafdeling. Een verpleegkundige ontvangt u en helpt u tijdens uw verblijf. De verpleegkundige is uw contactpersoon. Er wordt een infuus aangebracht om het medicijn direct in uw bloedbaan te geven. Hoe snel het infuus werkt, kan per patiënt verschillen en kan tussen de vijftien minuten en één uur duren.

Na de behandeling maakt u een vervolgafspraak bij de secretaresse van de afdeling voor uw volgende infusiebehandeling. Deze afspraak wordt ingepland op een tijd die u met uw arts heeft besproken. Praat met uw arts over uw ervaringen en eventuele problemen na het gebruik van het medicijn. U kunt dit ook bespreken met de verpleegkundige tijdens uw volgende bezoek.

Controles bij osteoporose

Als u zoledronine-infuus krijgt voor osteoporose, gebeurt dit meestal drie jaar lang, elk jaar één keer. Vaak wordt na drie jaar een DEXA-scan gemaakt om te kijken hoe groot de kans op botbreuken is. Zorg ervoor dat u zelf bijhoudt wanneer deze scan moet worden gedaan. Uw arts zal daarna met u bespreken hoe de behandeling verder gaat. Als u tussentijds een nieuwe botbreuk krijgt, neem dan contact op met uw arts om te zien of de behandeling moet worden aangepast.

Vragen

Heeft u vragen over de inhoud van deze folder? Neem dan contact op met uw arts.

Verhinderd 

Kunt u niet komen? Of wilt u de afspraak verzetten? Bel dan met de afdeling waar de behandeling plaatsvindt. 

Dagbehandeling: (0341) 46 36 41.