U bent in ziekenhuis St Jansdal opgenomen met een luchtwegaandoening. Tijdens uw opname op de afdeling gaat u vernevelen met behulp van een vernevelaar. Deze krijgt u van de verpleegkundige.
Doel
Vernevelen heeft als doel dat de juiste medicatie op de goede plek in uw longen terechtkomt. Dit zal ervoor zorgen dat u minder benauwd bent.
Medicijn
Tijdens het vernevelen krijgt u het medicijn Ipramol®. Dit bestaat uit Ipratropium® en Salbutamol®. Beide behoren tot de luchtwegverwijders.
Effect
Dit medicijn werkt binnen vijf minuten na inhalatie. De werking houdt ongeveer zes tot acht uur aan.
Wanneer vernevelen?
U gaat vier tot zes keer per dag vernevelen. Dit hoort u van uw verpleegkundige.
De vaste tijden voor het vernevelen zijn:
- ‘s Morgens voor het ontbijt, eventueel na het ontbijt in overleg met de verpleegkundige.
- ‘s Middags voor de lunch, eventueel na de lunch in overleg met de verpleegkundige.
- ‘s Avonds voor het avondeten en ‘s avonds voor het slapen gaan.
Hoe de vernevelaar gebruiken?
U gebruikt de vernevelaar als volgt.
- Ga rechtop zitten.
- Sluit uw tanden en lippen om het mondstuk.
- De verpleegkundige draait de vernevelaar aan.
- Adem rustig in en uit door uw mond.
- Praat niet tijdens het vernevelen, maar houd het mondstuk gedurende de verneveling in uw mond.
- Doe dit totdat er geen stoom meer uit het mondstuk komt en de vernevelaar niet meer pruttelt.
- Indien de vernevelaar lekt, neem dan contact op met de verpleegkundige.
- De verpleegkundige draait de vernevelaar uit.
Wat te doen na het vernevelen?
- Spoel direct na het vernevelen uw mond met water. Tweemaal gorgelen, niet doorslikken. Dit ter voorkoming van infecties in de mond.
- De verpleegkundige spoelt alle onderdelen van de vernevelaar af met lauw water en maakt deze schoon met alcohol 70% om te ontsmetten.
- De verpleegkundige laat alles drogen op een bekkentje of op een doekje. Elke 24 uur krijgt u een nieuwe vernevelset voor optimaal gebruik.
Melden bij verpleegkundige
Wanneer meldt u iets bij de verpleegkundige?
- Bij schimmel in de mond / op de tong.
- Als u zich gejaagd voelt.
- Bij trillingen (tremoren).
- Bij benauwdheid.
- Als u last krijgt van hoofdpijn.
- Bij druk op borst.
- Bij hartkloppingen.
- Bij kriebelhoest.
- Als u last krijgt van misselijkheid.
- Als u moeite krijgt met plassen.
- Bij een allergische reactie,.