l

Direct contact

Telefoonnummers

St Jansdal receptie (alle locaties)

0341 - 463911

Afsprakenbureau 

0341 - 463890

Poli-Apotheek St Jansdal

0341 - 435858

Helpdesk MijnStJansdal (8:30 - 16:30 uur)

0341 - 463700

Vragen over?


Heeft u een klachtKlik dan hier.

Of compliment? Klik dan hier.


Bent u van de PERS en heeft u een vraag? Klik dan hier.

Medische hulp buiten kantoortijden

Spoedpost Harderwijk  

 

085 - 773 73 71

 

 

www.spoedpostharderwijk.nl

Huisartsenpost Lelystad  

 

0900 - 333 6 333

 

 

www.medrie.nl

Bij levensbedreigende spoed:

 

112

VlagB
Folders

Varicocèle, urologie

Versienr: 4
Inhoud van dit artikel
    Inhoud van dit artikel

      Wat is een varicocèle (spatader in de balzak)?

      Een varicocèle kunt u vergelijken met spataderen elders in het lichaam. De aderen in de balzak zijn uitgezet. Dit komt doordat de klepjes in de aderen, die er voor zorgen dat het bloed één kant op stroomt, niet meer goed werken. Hierdoor kan er relatief veel bloed blijven staan of terugstromen richting de teelbal. Dit kan voor een zwelling in de balzak zorgen. De varicocèle zit meestal links. Dit heeft te maken met de manier waarop de ader van de linkerbal is aangesloten. Een varicocèle is onschuldig en komt vaak voor.

       

      Klachten

      Een varicocèle geeft meestal geen of nauwelijks klachten. Als er klachten zijn, is dit meestal een zwaar gevoel in de balzak, met name aan het einde van de dag, na lang staan, bij inspanning of bijvoorbeeld na een lange autorit.

       

      Een varicocèle zorgt niet voor onvruchtbaarheid. Wel hebben sommige mannen die minder vruchtbaar zijn een varicocèle.

       

      Onderzoek 

      Tijdens een lichamelijk onderzoek kan de uroloog vaststellen of er een varicocèle is. Soms is ook een echo van de balzak nodig. Dit gebeurt op de afdeling radiologie.

       

      Behandeling

      Meestal is er geen behandeling voor een varicocèle nodig.

      Een behandeling kan nodig zijn:

      • Als er hinderlijke klachten zijn die het gevolg zijn van een varicocèle. 
      • Als er sprake is van verminderde vruchtbaarheid waarbij ook sprake is van een varicocèle.

       

      Er zijn twee manieren om een varicocèle te behandelen:

      • Operatie door de uroloog.
      • Ingreep door de radioloog (embolisatie), waarbij de spatader van binnenuit wordt afgesloten. Zie hiervoor de folder embolisatie vena spermatica. De ingreep heeft een succeskans van ongeveer 80%. Embolisatie is een minder invasieve ingreep met minder kans op complicaties. De operatie heeft een lagere kans op terugkeer van de varicocèle.

       

      Voorbereiding op de operatie

      • De uroloog vertelt u wat u moet doen als u bloedverdunners gebruikt. Bent u na uw bezoek aan de uroloog begonnen met (andere) bloedverdunners? Laat dit dan zo snel mogelijk weten aan de polikliniek urologie.
      • U heeft voor de operatie een afspraak met de anesthesist. Met de anesthesist bespreekt u de vorm van verdoving. Zie ook de folder: Anesthesie, algehele en regionale ofwel narcose en plaatselijke verdoving.
      • Ongeveer een week voor de operatie krijgt u via MijnStJansdal of per post een bericht. Hierin staat hoe laat u in het ziekenhuis moet zijn en vanaf welk tijdstip u niet meer mag eten of drinken.
      • Voor deze operatie wordt u opgenomen op de dagbehandeling.

       

      Operatie

      Er wordt in de lies een kleine snede gemaakt (soms wordt er gekozen voor een snede in de onderbuik of hoog in de balzak). De uitgezette bloedvaten worden opgezocht en afgebonden. De wond wordt met oplosbare hechtingen gesloten. De ingreep duurt ongeveer 30 minuten.

       

      Na de operatie

      • U gaat eerst naar de uitslaapkamer. Hier blijft u totdat u goed wakker bent en uw pols en bloeddruk goed zijn.
      • De uroloog vertelt u wanneer u weer mag beginnen met bloedverdunners (als u die gebruikt).
      • Wij raden u aan om niet zelf naar huis te rijden.

       

      Leefregels

      • Heeft u pijn? Neem dan paracetamol: vier keer per dag twee tabletten van 500 mg.
      • Eén dag na de operatie mag u weer douchen.

       

      De eerste twee weken na de operatie:

      • Niet in bad of zwemmen.
      • Geen zwaar werk doen.
      • Niet fietsen of sporten.

       

      Complicaties na de operatie

      • Een blauwe plek of bloeduitstorting bij de wond komt vaak voor. Dit hoeft niet behandeld te worden.
      • Heeft u veel pijn bij de wond, een infectie, of koorts boven 38,5 graden? Neem dan contact op met de polikliniek urologie.
      • In zeldzame gevallen kan een zenuw beschadigd raken. Deze zenuw loopt naar de buitenkant van het bovenbeen. Hierdoor kan een doof gevoel ontstaan.

       

      Controle

      Volgens afspraak komt u op controle bij de uroloog.
       

      Telefoonnummers

      Maandag tot en met vrijdag van 8.30 uur tot 16.30 uur, poli urologie: 0341 - 46 35 58.

      In avond, nacht en weekend, spoedeisende hulp: 0341 - 46 39 11.

       

      Tot slot

      Deze folder geeft algemene informatie. Het is extra informatie naast het gesprek met uw uroloog. Heeft u na het lezen nog vragen? Bel dan de polikliniek urologie. Voor meer informatie over urologie kunt u ook op onze website www.urologie.nl en www.allesoverurologie.nl kijken.

       

       

      Meer informatie? Kijk op https://www.stjansdal.nl
      De informatie op deze website is met de grootst mogelijke zorg samengesteld. Desondanks kunnen geen rechten aan de vermelde informatie ontleend worden. Meer informatie https://www.stjansdal.nl/disclaimer
      Geprint op 21-12-2024