Klik op de afbeelding om deze folder te bekijken met beeld en geluid (Indiveo)
Wat is een TIA?
Tekst video:
Bloed stroomt via de bloedvaten door uw lichaam. Soms reist er ook een bloedpropje mee met het bloed dat naar uw hersenen stroomt. Het propje kan dan vast blijven zitten in een kleiner bloedvat, bijvoorbeeld in de hersenen. Hierdoor sluit het bloedvat even helemaal af. Een deel van uw hersenen krijgt dan niet genoeg bloed. U kunt daardoor verschillende klachten krijgen. Bijvoorbeeld een verlamde arm of een scheve mond. Na een korte tijd lost het propje weer op. De hersenen krijgen dan weer genoeg bloed. Hierdoor verdwijnen de klachten snel weer. Dit heet een TIA. Dit staat voor Transient Ischaemic Attack. Een TIA is een belangrijke waarschuwing van uw lichaam. U heeft meer kans om opnieuw een TIA of een herseninfarct te krijgen. Om de kans kleiner te maken dat dat gebeurt, krijgt u van uw zorgverlener medicijnen. Soms is er ook een operatie van de halsslagader nodig. Daarnaast is het belangrijk om gezond te leven. Bijvoorbeeld door meer te bewegen en gezonder te eten en te drinken. En rookt u of drinkt u alcohol? Probeer hier dan mee te stoppen. Uw huisarts of praktijkondersteuner kan u begeleiden bij het volhouden van een gezonde leefstijl.
Een zorgverlener onderzoekt of u een TIA heeft gehad. In deze Divi krijgt u meer informatie over de onderzoeken die gedaan worden.
Onderzoeken
Een zorgverlener doet meerdere onderzoeken bij u. Zo onderzoekt de zorgverlener of u een TIA heeft gehad en wat de oorzaak van de TIA was. Deze onderzoeken worden op de TIA-poli gedaan.
Bloedonderzoek
Een zorgverlener onderzoekt uw bloed. Hiervoor moet u bloed laten afnemen.
ECG (hartfilmpje)
Een zorgverlener maakt een filmpje van uw hart. Dit noemen we een ECG. Dit staat voor elektrocardiogram. Met dit filmpje onderzoekt de zorgverlener of u hartafwijkingen heeft.
Duplexonderzoek
Een zorgverlener onderzoekt de bloedvaten in uw hals. Dit heet een duplexonderzoek. De zorgverlener gebruikt hiervoor een echobeeld en geluidsgolven. Zo onderzoekt de zorgverlener of u een vernauwing in de bloedvaten in uw hals heeft. Klik hier voor meer informatie.
CT-scan van het hoofd
Een zorgverlener maakt een CT-scan van het hoofd. Dit is een onderzoek met röntgenstralen. Met de scan maakt de zorgverlener een dwarsdoorsnede van uw schedel en de hersenen. Met deze scan bekijkt de zorgverlener of er afwijkingen in uw hoofd te zien zijn.
Bloeddruk meten
We meten tussen de bovengenoemde onderzoeken meerdere keren uw bloeddruk.
Uitslag van de onderzoeken
Gesprek met de zorgverlener
Na alle onderzoeken heeft u een gesprek met de zorgverlener. Tijdens dit gesprek vertelt u wat uw klachten waren. Ook doet de zorgverlener lichamelijk onderzoek. De zorgverlener bespreekt dan de uitslag van alle onderzoeken. Ook vertelt de zorgverlener of u een TIA heeft gehad.
Uitslag: TIA
Heeft u een TIA gehad? De zorgverlener bespreekt met u de behandeling. Het is mogelijk dat u bijvoorbeeld medicijnen krijgt. Soms moet u geopereerd worden aan uw halsslagader.
Uitslag: geen TIA
Het is mogelijk dat u geen TIA heeft gehad. De zorgverlener bespreekt dan met u wat de oorzaak van uw klachten kan zijn.
Neem iemand mee
Neem iemand mee naar het gesprek. Dit kan bijvoorbeeld iemand uit de familie of een vriend zijn.
Meer informatie over een behandeling
De zorgverlener geeft u meer informatie over de behandeling.
Leefstijl
Een gezonde leefstijl is belangrijk. Hiermee voorkomt u nieuwe TIA’s of herseninfarcten.
Stop met roken
Roken is slecht voor uw gezondheid. Wij adviseren u om te stoppen met roken. Heeft u hier hulp bij nodig? Geef dit dan aan bij uw zorgverlener.
Gezonde voeding
Het is belangrijk om gezond te eten en te drinken. Door gezond te eten en te drinken heeft u minder kans op hart- en vaatziekten. Ook zorgt gezond eten ervoor dat u alle voedingstoffen binnenkrijgt die het lichaam nodig heeft.
Bewegen
Zorg dat u regelmatig beweegt. Dit is goed voor uw gezondheid. Voor een gezond leven is bewegen belangrijk. Door te bewegen verbruikt u energie en verbetert uw conditie. Ook zorgt beweging voor het opbouwen van spieren. Hierdoor voelt u zich fitter.
Niet autorijden
Heeft u een TIA gehad? Dan mag u de eerste twee weken na de TIA niet autorijden.
Controle en begeleiding
Het is belangrijk om een goede leefstijl te hebben. De huisarts of praktijkondersteuner kan u hierin begeleiden. Ook gaat u voor controles naar de huisarts of praktijkondersteuner.
Bloeddruk, cholesterol en suiker
Een verhoogde bloeddruk, cholesterol of suiker geeft een hoger risico op nieuwe TIA’s of herseninfarcten. Het is daarom belangrijk dat dit regelmatig gecontroleerd wordt. Als het nodig is moet dit ook behandeld worden.
Wilt u de informatie ook bekijken in een animatiefilmpje? Klik dan hier.