Nastaar
In het oog zit een ooglens, achter de iris. Om de lens zit een cellofaandun kapsel. Als de lens troebel wordt, noemen we dat staar of cataract. Bij een staaroperatie wordt het troebele deel van de lens weggehaald door een kleine opening in het oog. Van het kapsel blijft een zakje achter. In dit zakje wordt meestal de kunstlens geplaatst. Het dunne kapsel kan mettertijd ook troebel worden. U bemerkt dit doordat uw gezichtsvermogen ten opzichte van de tijd vlak na de staaroperatie wat achteruit gaat. Deze troebeling heet nastaar.
Laserbehandeling
Met de laser kan de oogarts zonder in het oog te snijden een heldere opening maken in het vertroebelde kapsel.
Hoe gaat de behandeling?
Op de dag van de behandeling kunt u uw eigen medicijnen en oogdruppels gewoon gebruiken.
Een uitzondering hierop vormen de druppels die een vernauwing van de pupil geven, zoals pilocarpine en isoptocarpine. Overlegt u bij twijfel met uw oogarts.
In een aantal gevallen zal de oogarts u druppels voorschrijven voor de behandeling. Deze druppels hoeft u meestal maar kort te gebruiken. De behandeling vindt plaats op de laserafdeling. U krijgt voorafgaand aan de behandeling druppels in uw oog om de pupil te verwijden en de oogdruk te verlagen. Na ongeveer 20 minuten zijn de druppels goed ingewerkt. U krijgt vlak voor de behandeling nog een verdovingsdruppel om het hoornvlies te verdoven. Er wordt een contactlens op uw oog gezet (soms wordt dit achterwege gelaten). Net als op de polikliniek zet u uw kin op een kinsteun en plaatst u uw hoofd tegen een hoofdband. Het is belangrijk dat u goed stil zit. De behandeling duurt meestal 5 à 10 minuten. Van de laserbehandeling voelt u niets. Wel wordt uw oog zodanig verblind dat u direct na de behandeling weinig ziet met het behandelde oog. Na een half uur is het zicht meestal al weer grotendeels hersteld. U wordt geadviseerd een begeleider mee te nemen. In verband met de oogdruppels en de verblinding van uw oog is het niet verstandig auto te rijden na de laserbehandeling. Bij zonnig weer is het verstandig een zonnebril te dragen na de laserbehandeling. Er wordt na de behandeling meestal geen controleafspraak gemaakt. Bij problemen kunt u een afspraak maken bij de oogarts die u behandeld heeft.
Wanneer uw brilsterkte na de staaroperatie is aangepast, is geen verdere controle van de sterkte nodig. Laat bij twijfel de opticien na enige weken de sterkte controleren.
Complicaties
De laserbehandeling van nastaar met de laser is veilig en effectief, maar bij elke behandeling is er een kleine kans op complicaties, dus ook bij de nastaarbehandeling. Indien u ook glaucoom heeft, bestaat er een kans op oogdrukverhoging. Om deze reden is het verstandig om na 1 week de oogdruk te laten controleren. Indien u een netvliesloslating heeft gehad of netvliesloslating in uw familie voorkomt of u erg bijziend bent, bestaat er een kleine kans op netvliesloslating. Wanneer u direct na de behandeling een aantal kleine zwarte ‘meebewegende vlekjes’ ziet, hoort dat meestal bij de behandeling. Dit zijn de restjes van het kapsel.
Nemen de vlekken toe, ziet u lichtflitsen of is het alsof u tegen een gordijn aankijkt, dan kan het zijn dat er iets mis is met uw netvlies
Tot slot
Deze folder legt kort uit wanneer een laserbehandeling voor uw ogen nodig is en hoe deze werkt. Heeft u nog vragen? Bespreek deze met uw oogarts.
Vragen
Heeft u na het lezen van deze folder vragen? Dan kunt u contact opnemen met de polikliniek oogheelkunde. Telefoonnummer (0341) 46 37 51.