Klik op de afbeelding om deze folder te bekijken met beeld en geluid (Indiveo).
Inleiding
Invasieve pijnbestrijding
U komt binnenkort naar de afdeling pijnbestrijding voor een behandeling tegen uw pijn. Dit heet invasieve pijnbestrijding. Uw pijnspecialist heeft uitgelegd waarom dit goed voor u is. De behandeling wordt gegeven op de plek waar uw pijn zit. Hier leest u meer over invasieve pijnbestrijding.
Voorbereiding
Bloedverdunners (antistollingsmiddelen)
Gebruikt u bloedverdunners? Misschien mag u die een tijdje niet slikken. Dit hangt af van de plaats waar u geprikt wordt. Uw arts bespreekt dit met u.
Voordat de behandeling begint
Kom op het afgesproken tijdstip naar de balie van de afdeling pijnbestrijding. Eerst heeft de verpleegkundige een kort gesprek met u om een paar dingen te controleren. Daarna wacht u in bed tot u aan de beurt bent.
Zwanger
Vertel het als u zwanger bent. Soms kan de behandeling dan niet doorgaan.
Koorts
Als u koorts heeft, kan de behandeling niet doorgaan. Bel de afdeling en vraag om een nieuwe afspraak.
Regel vervoer
Na de behandeling mag u niet zelf naar huis rijden of fietsen. Zorg ervoor dat iemand u naar huis kan brengen.
De behandeling
Invasieve pijnbestrijding
Tekst video:
Ieder mens heeft een zenuwstelsel dat opgebouwd is uit zenuwen. De zenuwen in ons lichaam zijn erg belangrijk. Ze zorgen ervoor dat de signalen van het lichaam naar de hersenen lopen en andersom. Wanneer een zenuw beschadigd raakt, bijvoorbeeld door een ontsteking of beknelling, kan dat veel pijn geven. Met een injectie proberen wij uw pijn te verminderen door medicijnen rond de zenuw in te spuiten. Deze injectie remt de pijnprikkel. Dit noemen we invasieve pijnbestrijding.
Op de behandelkamer gaat u op uw buik of rug liggen. Dit hangt af van de plaats waar u de injectie krijgt. De arts zoekt via een röntgen- of echobeelden de plaats van de injectie. De plaats van de injectie wordt gedesinfecteerd en afgedekt met steriele doeken. Daarna krijgt u een plaatselijke verdoving. De arts brengt vervolgens de naald in. Door de verdoving voelt u hier weinig van. Als de naald op de goede plek zit, spuit de arts de medicatie in. De plek wordt afgedekt met een pleister. Daarna is de behandeling klaar. Na de behandeling moet u nog een tijdje blijven liggen.
De behandeling duurt ongeveer 10 minuten.
Nazorg
Na de behandeling
Na de behandeling gaat u terug naar de wachtruimte. U moet nog een tijdje liggen. Een zorgverlener controleert of er nog genoeg kracht in uw been is na de verdoving. U hoeft niet de hele tijd te liggen. Na een tijdje mag u ook zitten.
Pleister
Er komt een pleister op de prikplaats. Deze mag u 's avonds of de volgende dag weghalen. Daarna kunt u weer douchen of in bad.
Het effect van de behandeling
Soms weten we pas na enkele weken of de pijn minder wordt. Soms is één behandeling niet genoeg. Dan moet de behandeling opnieuw gedaan worden.
Risico op complicaties
Mogelijke complicaties
Na de behandeling kunnen de volgende problemen ontstaan:
- U kunt napijn krijgen door de injectie. Dit komt bijvoorbeeld als er een bloedvaatje is geraakt en er een blauwe plek komt. Deze pijn kan een paar dagen blijven. U kunt paracetamol nemen om de pijn te verlichten (volg de dosering op de bijsluiter).
- U kunt tijdelijk moeite hebben met plassen. Als u na de behandeling urenlang niet kunt plassen of als u de plas niet kunt ophouden (incontinentie), neem dan meteen contact op met de polikliniek pijnbestrijding.
-
Als er in uw rug wordt geprikt, kan het hersenvlies geraakt worden. Dit kan leiden tot hoofdpijn die erger wordt als u beweegt. Gelukkig komt dit bijna nooit voor en gaat het meestal na een paar dagen vanzelf weg. Als u hier last van heeft, is het goed om veel te liggen of paracetamol te nemen.
Wilt u de informatie ook bekijken in een animatiefilmpje? Klik dan hier.