Geen dieren in het ziekenhuis

In het ziekenhuis mogen geen dieren mee naar binnen. Dit geldt voor patiënten en medewerkers. Dieren kunnen ziektes overbrengen op mensen in het ziekenhuis.

Hulphonden zijn wel welkom. Zij helpen hun eigenaar bij het dagelijks leven. Daarom mogen zij altijd naar binnen. Er zijn verschillende soorten hulphonden:

• Hulphonden: Deze honden helpen mensen met een lichamelijke beperking. Ze helpen bij dagelijkse taken. 

• Signaalhonden: Deze honden helpen mensen die slecht horen. Ze waarschuwen hen voor geluiden, zoals een bel of een telefoon. 
• Epilepsiehonden: Deze honden zijn getraind om mensen met epilepsie te helpen. Ze geven een signaal als iemand een aanval krijgt. 
• Therapiehonden: Deze honden helpen mensen met problemen, zoals autisme of PTSS. Ze bieden steun in het dagelijks leven. 

• Geleidehonden: Deze honden helpen blinde of slechtziende mensen om veilig te lopen. 

Regels voor hulphonden

Een hulphond mag alleen mee als u de regels volgt.

De hond moet herkenbaar en aangelijnd zijn

• De hond moet een deken dragen met het logo van de stichting die de hond heeft getraind. Op de deken moet staan: 'hulphond' of 'assistentsdog' of 'L' (leshond). 
• De hond moet gevaccineerd, ontwormd en behandeld zijn tegen vlooien en teken. De eigenaar moet een pas laten zien als een medewerker daarom vraagt. Op het pasje staan de naam van de eigenaar en de naam van de hond, en soms ook foto's.

Uitzondering: Er zijn ook hulphonden die niet bij een stichting zijn getraind. In dat geval moet de eigenaar een verklaring laten zien over waarom de hulphond belangrijk is.

De hond moet altijd helpen

• U en uw hond moeten samen zijn. Als u uw hond aan iemand anders geeft en alleen naar binnen gaat voor onderzoek, dan is de hond geen hulphond. De hond mag dan niet mee in het ziekenhuis. Er is een uitzondering. Als de hond even niet mee naar binnen kan en u kunt zonder hond niet lopen, dan is dat oké.

• Als er familie of een begeleider met u meegaat, dan helpen zij u. De hond mag dan niet mee naar binnen. 

De hond mag geen problemen geven

De hond moet luisteren naar de commando’s van de baas. Als de baas de hond niet in bedwang kan houden, mag de hond niet in het ziekenhuis komen. De zorgverlener, de eigenaar en misschien een bewaker moeten samen een oplossing zoeken.

Hulphond mee tijdens ziekenhuisopname

Als u uw hulphond mee wilt nemen tijdens de opname, moet u vooraf contact opnemen met de teamleider van de afdeling. Samen bespreekt u of het meenemen van de hond mogelijk is. U bespreekt de voordelen, zoals gezelschap en ondersteuning, en de nadelen, zoals het risico op infecties. Een hulphond mag alleen mee als er een 1-persoonskamer beschikbaar is, en deze kamer wordt alleen om medische redenen gegeven.

U moet iemand regelen om de hond uit te laten en te verzorgen.

Als u uw hond niet mee kunt nemen, kunt u uw hond zien als u in het ziekenhuis ligt. Dit kan in een openbare ruimte, zoals een dagverblijf of het bezoekersrestaurant. Als u niet naar die ruimte kunt komen, mag de hond alleen op de 1-persoonskamer komen om u te bezoeken.

Naar de polikliniek en onderzoeksafdeling

U mag uw hulphond meenemen naar de polikliniek en naar de spreekkamer. Maar de hond mag niet mee naar de onderzoekkamers, behandelruimten, functieafdeling en de onderzoeksruimten van de afdeling radiologie.

Op bezoek gaan met een hulphond

Als een eigenaar van een hulphond iemand wil bezoeken, mag de hond mee voor begeleiding. Dit is alleen toegestaan in een openbare ruimte, zoals een dagverblijf of het bezoekersrestaurant. Als de patiënt niet naar deze ruimte kan komen, mag de hond alleen op de 1-persoonskamer komen.

Vragen

Heeft u vragen over het meenemen van uw hulphond naar het ziekenhuis? Neem dan contact op met:

• Polikliniek: een medewerker van de polikliniek
• Onderzoeksafdeling: een medewerker van de onderzoeksafdeling
• Verpleegafdeling: de teamleider van de verpleegafdeling