Oefeningen voor de hand

Oefeningen ……….. keer per uur/dag ………... herhalingen (in te vullen door de therapeut).
Voor elke oefening geldt dat u met de andere hand mag helpen door te bewegen tot de pijngrens.

 

                                      

 1. Strek de vingers volledig.

 

2. Buig de vingers tot een dakje. Houd deze stand 5 seconden vast.

 

3a. Buig de twee bovenste gewrichten van de vingers, buig bij de duim alle gewrichten. Houd

      deze stand 5 seconden vast.
3b. Strek vanuit de gebogen positie de vingers één voor één, beginnend bij de wijsvinger.

 

4. Maak een volledige vuist, hierbij zijn alle gewrichten van de vingers gebogen. De duim blijft

    buiten de vuist. Houd deze stand 5 seconden vast.

    Indien nodig meebewegen met de andere hand, d.m.v. de duim op de nagel te plaatsen en

    de wijsvinger achter de vinger.

 

5. Maak een vuist waarbij de bovenste gewrichten gestrekt zijn. De duim blijft buiten de vuist.

    Houd deze stand 5 seconden vast.

 

6a. Houd de vingers ontspannen en beweeg de pols rustig naar achteren, de vingers in licht

      gebogen stand. Houd deze stand 5 seconden vast.
6b. Beweeg de pols rustig naar voren met de vingers ontspannen in gestrekte stand. Houd deze

      stand 5 seconden vast.

 

7. Spreid de vingers volledig en sluit ze dan weer. Herhaal deze oefening 5 keer.

 

8a. Buig het bovenste gewricht van de duim. Houd deze stand 5 seconden vast.

8b. Buig de duim volledig. Houd deze stand 5 seconden vast.

      Indien nodig meebewegen met de andere hand, door middel van de duim op de nagel te

      plaatsen en de wijsvinger achter de vinger.

 

9. Eén voor één met de duim de overige vingertoppen aanraken, beginnend bij de wijsvinger.

    Indien u bij de pink bent, dan glijdt u zover mogelijk met de duim via de pink naar beneden.

 

10a. Houd de aangedane vinger net onder het tweede gewricht van boven vast. Buig het

        gewricht zover mogelijk. Houd deze stand 5 seconden vast.
10b. Strek vervolgens het gewricht zover mogelijk. Houd deze stand 5 seconden vast.

 

11a. Houd de geopereerde vinger net onder het laatste gewricht van boven vast. Buig het

        gewricht zover mogelijk. Houd deze stand 5 seconden vast.

11b. Strek vervolgens het gewricht zover mogelijk. Houd deze stand 5 seconden vast.

 

12. Strek de laatste twee gewrichten van de vingers zo recht mogelijk. Houd deze stand 5

      seconden vast.

 

13. Houd de andere vingers van de hand gestrekt vast en leg de hand met de handrug op tafel.

      Buig de geopereerde vinger zover mogelijk. Houd deze stand 5 seconden vast.