Bypass in het been

U komt in aanmerking voor een bypass in uw been als u last heeft van erge pijn bij het lopen, pijn in uw voet als u rust, of wonden aan uw voet of been. Een bypass is een omleiding die langs een verstopte of vernauwde slagader gaat.

Bloedverdunners

Veel mensen met problemen aan hun bloedvaten gebruiken bloedverdunnende medicijnen. De vaatchirurg zal met u bespreken of u deze medicijnen moet blijven gebruiken of niet.

Techniek

De vaatchirurg kan een omleiding maken met een kunststof buisje (vaatprothese) of met een ader uit uw eigen been. Het liefst gebruiken ze een eigen ader, omdat dit meestal beter werkt. Uw been heeft genoeg andere aders die het werk van de verwijderde ader kunnen overnemen.

De operatie gebeurt meestal onder algehele verdoving. Dat betekent dat u in slaap wordt gebracht. De operatie duurt twee tot drie uur als de chirurg een kunststof prothese gebruikt en drie tot vier uur als uw eigen ader gebruikt wordt.

Er wordt een snee gemaakt in de lies, waar de bypass wordt aangesloten op de liesslagader. Daarna wordt de bypass door het been getrokken en boven of onder de knie weer aangesloten op een slagader. Als de chirurg een eigen ader gebruikt voor de bypass, moet deze eerst uit uw been worden gehaald. Deze ader ligt vlak onder de huid, en alle kleine zijtakjes worden vastgebonden. Om dit te doen, worden er een paar extra sneden in het been gemaakt. Hierdoor duurt de operatie langer.

Soms kan een eigen ader niet worden gebruikt, bijvoorbeeld omdat deze te smal is, beschadigd is door spataderen of tromboses, of al is verwijderd voor een eerdere operatie, zoals een hartbypass.

Na de operatie

U mag meestal de dag na de operatie uit bed komen. Soms worden er na de operatie slangetjes (wonddrains) bij de wond in de lies of andere wonden geplaatst. Deze worden vaak na 24 uur verwijderd. De wond in de lies kan dik aanvoelen, en er kan een blauwe plek ontstaan.

Het been dat is geopereerd wordt vaak dik na de operatie. Dit is normaal. Deze zwelling, ook wel oedeem genoemd, kan tot wel drie maanden aanhouden, maar verdwijnt meestal helemaal. Het dragen van een steunkous kan helpen om de zwelling sneller te verminderen.

Het is ook normaal dat het gevoel aan de binnenkant van uw bovenbeen anders is na de operatie. Het kan minder gevoelig of branderig aanvoelen. Dit komt doordat kleine zenuwtakjes in de huid worden doorgesneden. Dit gevoel wordt meestal binnen een paar maanden minder of gaat weg.

Weer naar huis

U mag weer naar huis als u:

• Zelfstandig uit bed kunt komen.
• Als u de basisdingen weer kunt doen, zoals uzelf wassen en naar het toilet gaan.
• Er geen complicaties zijn ontstaan na de operatie.

In de meeste gevallen kunnen patiënten na drie tot vijf dagen weer naar huis.

Bloedverdunners

Na een vaatoperatie moet u altijd bloedverdunners gebruiken. Als u voor de operatie al bloedverdunners gebruikte, kan het zijn dat u dezelfde medicijnen moet blijven nemen, of dat u tijdelijk andere medicijnen krijgt. Vraag aan de arts wat voor u geldt.

Complicaties na de operatie

Mogelijke complicaties zijn:

Nabloeding: Als de wond erg opzwelt of de drain veel bloed afvoert, moet u waarschijnlijk terug naar de operatieafdeling omdat er nog iets bloedt. Dit wordt meestal snel opgelost.

Wondinfectie: Bij een vaatoperatie worden grote wonden in uw been gemaakt. Deze wonden kunnen makkelijker infecteren door de lange operatie en de beperkte doorbloeding van het weefsel. Factoren die de kans op een infectie verhogen zijn: overgewicht, diabetes, en wonden aan de voet.

Longontsteking: Als u de dag na de operatie uit bed komt, is de kans op longontsteking heel klein. Blijft u in bed liggen, dan is de kans groter.

Trombosebeen: Ondanks de antitrombose middelen die u krijgt (meestal een fraxiparine spuitje in de buik), kan er soms toch een trombosebeen ontstaan.

Longembolie: Als een bloedstolsel uit een trombosebeen losraakt en in de longen terechtkomt, heet dat een longembolie. Dit gebeurt zelden.

Urineweginfectie: U kunt tijdelijk een urinekatheter krijgen. Dit en veel bedrust vergroten de kans op een urineweginfectie.

Hartproblemen: Mensen met vaatproblemen hebben vaak ook hartproblemen, zoals ritmestoornissen of een eerder hartinfarct. Deze problemen kunnen na de operatie aan het been weer ontstaan.

Verstopping van de bypass: Het kan gebeuren dat de bypass snel (binnen 24-48 uur) dicht raakt. Dan is een vervolgoperatie nodig.

Infectie van de bypass: Dit is een vervelende complicatie die gelukkig zelden voorkomt, vooral als het een kunststof bypass betreft.

Beschadiging huidzenuwtakjes: Bij de snedes in uw been kunnen kleine huidzenuwtakjes beschadigen. Dit kan een doof gevoel rond het litteken geven. Het normale gevoel kan langzaam terugkomen, maar soms blijft er een klein doof gebied.

Thuis

Thuis mag u uw benen normaal gebruiken. Het is goed om regelmatig te lopen en te bewegen. Als er veel zwelling is, draag dan overdag een steunkous en zet het voeteneind van uw bed iets omhoog. In de eerste twee weken, terwijl de wonden nog vers zijn, moet u alles met mate doen. U mag normaal douchen en de wonden mogen nat worden.

U krijgt een controleafspraak op de polikliniek na ongeveer twee weken en daarna weer na ongeveer zes weken. Na deze controles volgt er een langere periode van controle om de hechtingen en de doorgankelijkheid van de bypass te controleren.

Contact

Heeft u na uw bezoek aan het ziekenhuis vragen?

• De eerste vijf dagen na het bezoek kunt u contact met ons opnemen via het algemene nummer van het ziekenhuis: 0341 - 46 39 11. De receptioniste zal u doorverbinden met de afdeling waar u uw vraag kunt stellen.

• Is het langer dan twee weken geleden? Neem dan contact op met uw eigen huisarts of buiten kantoortijden met de huisartsenpost.