U verwacht een tweeling en wilt graag borstvoeding geven. In deze folder geven wij u informatie over het geven van borstvoeding aan een tweeling.
Melkproductie
Het is heel goed om een tweeling borstvoeding te geven. Het lichaam van een moeder is in staat om voor twee of zelfs meer kinderen melk te maken. De melkproductie is een vraag en aanbod principe. Dus als u uw tweeling vaak aanlegt - de eerste weken minimaal acht keer per dag – dan ontstaat er voldoende melk. Het vraagt wel een investering van u om de borstvoeding op gang te brengen en op peil te houden. Daarom is ondersteuning uit uw omgeving de eerste weken erg belangrijk.
Tegelijk voeden
Ook bij een tweeling passen wij het eerste uur huid op huid contact toe. Houd er wel rekening mee dat de bevalling van een tweeling anders kan verlopen dan bij een eenling. In het begin is het handig om steeds één baby aan te leggen. U kunt zich dan goed concentreren op de voedingshoudingen, het aanleggen en of de baby goed zuigt. Ook is het verstandig om de eerste dagen de baby’s per voeding van borst te wisselen. Vaak drinkt de ene baby krachtiger dan de andere baby, vooral als er een verschil in gewicht van de baby’s is. Op die manier worden de borsten beiden goed gestimuleerd en niet steeds alleen dezelfde borst. Heeft u en de tweeling het voeden goed onder de knie? Dan kunt u proberen om de baby’s tegelijk aan te leggen en dan per voeding of per dag van borst te wisselen. De baby’s tegelijk voeden zal u veel tijd besparen. Soms houdt dat alleen wel in dat u de andere baby wakker moet maken omdat het broertje of zusje al wil drinken. Dit is dan 'voeden op verzoek' van de baby. Dit voorkomt wel dat u de hele dag bezig bent met voeden.
U kunt de baby’s ook apart voeden, soms of altijd. Dan kunt u ze ieder apart aandacht geven, maar een voeding kost u dan wel meer tijd.
Aanleggen van een tweeling
U kunt uw tweeling op verschillende manieren aanleggen. Het is handig om in het begin iemand in de buurt te hebben die u kan helpen. Ook (voedings)kussens kunnen in het begin handig zijn. U moet zelf even uitzoeken wat voor u handig is. In het begin kan dat anders zijn dan later wanneer u er handiger in bent en de baby’s groter zijn.
In de praktijk worden verschillende houdingen toegepast om een tweeling aan te leggen. Kijk welke houding voor u het fijnste is.
Voor elke voedingshouding geldt:
-
Zorg dat u zelf comfortabel zit of ligt.
- Zorg dat de baby’s met hoofd en lichaam in één lijn liggen. Het nekje is dus nooit gedraaid of gebogen.
- Zorg dat de baby’s met hun buik naar moeder toegekeerd liggen.
- De baby die moeite heeft met het pakken van de tepel, legt u het eerst aan.
- De baby die de borst het ‘best’ pakt, legt u als tweede aan.
Houdingen
Parallelhouding
De ene baby ligt in de rugbyhouding en de andere baby in de madonnahouding.
Rugbyhouding
Beide baby’s liggen elk langs een zij van de moeder. De voetjes richting de rug van de moeder en de nekjes/hoofdjes worden ondersteund door de handen van de moeder.
Kruishouding
Beide baby’s liggen in de madonnahouding en kruisen elkaar daardoor. Dit is een goede houding als de baby’s al goed kunnen drinken.
‘Biological Nurturing’ of achteroverliggend voeden
Beide baby’s liggen op de buik terwijl de moeder ontspannen achterover ligt.
Bij elke houding is het belangrijk dat u lekker ligt of zit met eventueel voldoende steun van kussens. Ook uw baby’s moeten goed ondersteund liggen zodat zij de hele tijd in de goede houding blijven liggen.
Is een tweeling borstvoeding geven vermoeiend?
Soms denken moeders dat twee baby’s de borst geven erg vermoeiend is. Ze denken dat het meer rust geeft als iemand anders een fles geeft. Echter, borstvoeding geven geeft veel rustmomenten. En de hormonen die vrijkomen bij het voeden zorgen dat u ontspant en rustig wordt. Het kan dus juist veel rust geven. Het is het verzorgen van een tweeling wat veel tijd kost, ongeacht of u borst- of de flesvoeding geeft. Bieden mensen uit uw familie of omgeving u hulp aan? Maak hier vooral gebruik van, zeker de eerste weken. Zorg er ook voor dat u goed en gevarieerd eet en drinkt en voldoende rust neemt.
Borstvoeding en flesgeven combineren
Soms is het fijn als iemand anders een fles kan geven aan de baby(‘s). Bijvoorbeeld als u even weg moet. U kunt dan afkolven en dit per fles laten geven.
Rond de vijfde week is het een geschikte tijd om te gaan oefenen met een fles als u dit af en toe wilt gaan geven. U kunt er ook voor kiezen om vanaf het begin steeds een baby de fles te geven. Wissel dan steeds per baby zodat de baby de borst en de fles krijgt. Dan moet u wel kolven als u volledig borstvoeding wilt geven.
U kunt er ook voor kiezen om moedermelk en kunstvoeding te combineren. Wissel af met borstvoeding en kunstvoeding. Dit kan bijvoorbeeld per voeding wisselen: de ene baby moedermelk en de andere kunstvoeding en de volgende voeding precies andersom. Maar u kunt er ook voor kiezen om per dag te wisselen van voeding.
Prematuur
Tweelingen worden nog wel eens te vroeg geboren. De start van de borstvoeding kan dan anders lopen dan u had verwacht. Bij een vroeggeboorte is de extra bescherming van moedermelk heel belangrijk. Kunnen of mogen de baby's nog niet aan de borst drinken? Dan is het belangrijk om regelmatig te gaan kolven zodat de melkproductie op gang komt.
Informatie
Wilt u meer informatie over borstvoeding geven aan een tweeling? Neem dan contact op met een lactatiekundige zodra u weet dat u een tweeling verwacht. Dat kan bij ons op de afdeling. Op de website staan meer folders met informatie over borstvoeding.
Bijvoorbeeld:
Voor meer informatie, kunt u kijken op:
La Leche League International
www.lalecheleague.nl
Nederlandse Vereniging van Lactatiekundigen
Telefoon 0900 5228284
www.nvlborstvoeding.nl
Gezamenlijke pagina van alle borstvoedingsorganisaties
www.borstvoeding.com
In het ziekenhuis kunt u contact opnemen met :
Lactatiekundigen kraamsuites:
Priscilla de Boer
Nicolette de Jager
Elise Reitsma
Lactatiekundige couveusesuites:
Edith Westerink
Telefoonnummer 0341-463409
Lactatiekundigen@stjansdal.nl