Ieder zijn eigen toko
De verpleegafdeling interne geneeskunde stond de afgelopen maanden in het teken van verhuizen. Vanaf nu richt 2 oost zich op longgeneeskunde, 3 west op interne geneeskunde. Het boeltje van interne werd opgepakt en geïnstalleerd op de derde verdieping. Met dat boeltje bedoel ik patiënten, bedden, rolstoelen, infuuspalen en ga zo maar door.
De dag van verhuizen begon als een gewone dag: een opfrisbeurt van alle patiënten. Voor de lunch begon het avontuur. Wat je normaal gesproken van tevoren in verhuisdozen sorteert en zo de verhuizing voorbereidt, lukt in een ziekenhuis niet. Stop de patiënt met al zijn bagage (lees: infuuspaal, rollator en zuurstof) maar eens in dozen. Nee, alles ging stap voor stap. Een voor een gingen de patiënten een etage omhoog, hun nachtkastje en kleding er achteraan. De artsenvisite tussen arts en verpleegkundige gebeurde tussendoor. De patiënten bleven immers gewoon ziek.
Nu, een paar weken later, is de rust weergekeerd. De verpleegkundigen uit Lelystad zijn volledig ingewerkt, de meeste materialen zijn voorradig en de personeelsbezetting is weer op orde. Vooral ’s nachts heerst er stilte en dat is juist voor de kwetsbare ouderen die neigen naar een delier, een voorwaarde om toch een oogje dicht te doen. Die stilte op de gang waren we niet gewend. Twee verpleegafdelingen direct naast elkaar geeft toch meer drukte en herrie. Ook kan de zorgverlening zich meer richten op het specialisme waar hun kwaliteiten liggen. Ieder zijn eigen toko. Ook dat geeft rust en meer werkplezier.
De goede tijd met onze buurtjes op de longafdeling wordt niet vergeten. Vanaf nu zijn we buren met neurologie en kort verblijf. Nieuwe specialismen en nieuwe collega’s. De veranderingen in het ziekenhuis bieden weer uitdagingen en nieuwe ontmoetingen. Dat frisse windje waait dus nog even door. Wij voelen ons al thuis en hopelijk de interne patiënt ook.